De partij voor een stad op mensenmaat
Geen gerommel in de marge, maar een stedelijke revolutie.
Bij de nationale verkiezingen op 9 juni 2024 was de PVDA dé grote verrassing in Vilvoorde. Met 23,4% van de stemmen voor de Europese lijst werd de linkse partij de grootste partij in de stad. De drie linkse partijen samen (PVDA, Vooruit en Groen) haalden 47,3% van de stemmen. Naar de gemeenteraadsverkiezingen toe in oktober is er daarom voor de eerste keer een perspectief om een links bestuur te hebben in de rebelse stad aan de Zenne. De PVDA wil daarin zijn verantwoordelijkheid opnemen om links te versterken.
De eerste steen werd gelegd in 2018. Voor het eerst in de geschiedenis geraakte de consequent linkse partij in de gemeenteraad met een eerste verkozene. Na zes jaar van sociale oppositie liegen de cijfers niet: de PVDA heeft de meest actieve verkozene in de gemeenteraad. Maar niet alleen daar was de partij actief. Belangrijker voor ons is dat we daarnaast ook in de wijken onder het volk aanwezig zijn. Dat is het DNA van de PVDA: samen met heel veel Vilvoordenaars zetten wij dingen mee in gang die tot nog toe stilstonden.
Vilvoorde is een stad van rebelse strijd. Dat weet je vanaf je de stad binnenrijdt met de acht meter hoge vuist van kunstenaar Rik Poot op de rotonde van de Woluwelaan en Luchthavenlaan. Met de aanwezigheid van de PVDA zijn de sociale ideeën die leven en broeden in de stad versterkt. Door actie van onderuit betalen inwoners maar 20 euro voor hun eerste bewonerskaart, terwijl het bestuur hen eerst 50 euro wilde laten dokken. Terwijl de Schepen eerst ontkende dat dure restafvalzakken een probleem zijn voor de portefeuille van vele inwoners, gaf ze na ons luid protest toe door twee gratis rollen te geven aan de inwoners met verhoogde tegemoetkoming. Geen bonus meer voor de directeur voor de afvalintercommunale Incovo-Interza die naast een mooi loon van 10.114 euro per maand nog eens 2.529 euro extra kreeg en zo aan 125% betaald werd. Ook die bonus werd afgeschaft onder druk.
Bij de PVDA noemen we dat: “straat-raad-straat”. Met een luisterend oor pikken we problemen op in de wijken (straat). Die brengen we op de gemeenteraad, waar we ook een oplossing voorstellen (raad). Dat debat koppelen we dan terug naar de wijk (straat). En ondertussen mobiliseren we mensen om niet af te wachten, maar zélf de dingen te veranderen. Kleine dingen en grote dingen.
Na 700 handtekeningen van buurtbewoners, luistert het bestuur ineens wel naar de vraag voor goedkopere vuilniszakken. En door luid protest in de sociale woonwijk in Houtem gaf het stadsbestuur toe dat er asbest zat in alle woningen van het Intervilvoordse patrimonium. Potjes open, zo zeggen wij. Want voor ons moet het bestuur transparant zijn. Toen onze dokters van Geneeskunde voor het Volk aan de alarmbel trokken met een actie op de Grote Markt voor meer huisartsen, schoot het bestuur eindelijk in actie om extra ruimtes voor dokters te zoeken in de stad. Steeds samen actie voeren, omdat wij geloven in de kracht van mensen.
Geen gerommel in de neoliberale marge
In onze stad is een zeer zorgwekkende cultuur van verwevenheid ontstaan. Verwevenheid tussen vastgoedbaronnen, speculanten en partijpolitieke kingmakers. Een cultuur die stedelijke ruimte en publieke diensten verpatst, een cultuur die het zonlicht niet kan verdragen. Een ons-kent-ons-cultuur die pijn doet aan de ogen.
Wij willen geen gerommel in de neoliberale marge, wij willen een stedelijke revolutie. Wij kiezen partij voor een stad op mensenmaat, een stad die niet te koop is aan de hoogste bieder, maar die zich organiseert en werkt voor de noden van haar inwoners. Wij kiezen partij voor een stad waar armoede geen kans meer krijgt, een stad die echt een einde maakt aan de schandvlek dat één op de vier kinderen moet opgroeien in armoede. Wij kiezen partij voor een stad waar iedereen meetelt, zonder tweederangsburgers, zonder angst, zonder racisme en zonder verdeeldheid.
Wij kiezen partij voor een stad die niet enkel palavert over betaalbaar wonen, maar er ook echt een punt van maakt. Dat is iets helemaal anders dan de nieuwe appartementen van bouwpromotor Matexi, die het monopolie krijgt om een hele wijk aan te leggen met appartementen van 350.000 of 550.000 euro. Dat is geen betaalbaar wonen. Dat is duur wonen. Terwijl het aandeel sociale woningen de voorbije jaren achteruit is gegaan in onze stad en vele blokken verkommerd of leeg staan met een woonmaatschappij als Intervilvoordse dat werd uitgehold en erna verpatst.
Wij kiezen partij voor een veilige stad waar bewoners zich thuis voelen en op straat durven komen op elk uur van de dag. Met de focus op wijkagenten en parkwachters die de wijken kennen, waardoor vele criminele feiten worden vermeden door een preventief beleid. Tegen de huidige gang van zaken om alles onder te brengen in één centrale toren aan de Schaarbeeklei met de eenzijdige nadruk op interventies en alle lokale wijkkantoren af te schaffen die een preventieve functie hebben.
Wij kiezen partij voor een stad die het verkeer uit de knoop haalt en resoluut kiest voor verkeersveiligheid voor voetgangers en fietsers, en voor openbaar vervoer, ook naar het werk. Zonder dat de automobilist die vroeg op zijn werk moet geraken en verplicht de wagen nodig heeft, wordt weggepest. Geen Filevoorde door het gesukkel van een slechte planning. Met wegenwerken die gespreid zijn in de tijd in plaats van de stad te veranderen in een bouwwerf om daarmee te kunnen uitpakken tijdens een verkiezingsjaar.
Wij willen geen komma’s veranderen, wij willen de stad veranderen. Wij zijn niet bezig met de postjes en de macht verdelen. Wij zijn niet bezig over wie met wie, en wie niet met wie. Wij zijn bezig met onze stadsvisie. Om ons stadsprogramma te maken, hebben wij de Grote Bevraging georganiseerd bij 675 Vilvoordenaren, een van de grootste enquêtes die ooit in de stad werden georganiseerd. Wij toetsen ons programma, we betrekken de mensen: dat is ons DNA. Er is geen enkele partij die dat doet zoals wij.
Steden op mensenmaat versus steden op centenmaat
Het is hoog tijd dat er in dit land een globaal stedelijk beleid komt, waarbij elke stad haar eigen troeven kan uitspelen. Een coherent beleid met een globale kijk op investeringen en ontwikkeling.
Een totale visie met een sociale taksshift naar Zelzaats model. Dat deden we al in de gemeente Zelzate, waar PVDA samen met Vooruit in het bestuur zit. Door belastingen op drijfkracht en oppervlakte te verhogen bij de grootbedrijven. Multinationals die in Vilvoorde actief zijn, zoals Engie-Electrabel of Cargill, dragen nu veel te weinig bij. Nochtans krijgen ze grote stukken grond van onze stad en gebruiken ze alle infrastructuur. Aan deze bedrijven vragen we meer belastingen. Om zo de inwoners en kleine zelfstandigen meer zuurstof te kunnen geven. Met een herfinanciering van de steden, waar Vilvoorde het geld krijgt dat het nodig heeft als centrumstad. Met bestuurders die op tafel kloppen in Vlaanderen in plaats van krokodillentranen naar boven te halen dat er geen geld is, terwijl de hogere structuren die beslissing tegenhouden om van Vilvoorde een centrumstad te maken.
Het is hoog tijd dat een stad opnieuw beschouwd wordt als een stad, en niet als een marketingtool. Het is absurd dat het vorige bestuur met dure communicatiebureaus in zee gaat, om achteraf te beseffen dat Vilvoorde “goede vibes” zou hebben. Wij zijn geen stad waar we het geld verbrassen aan toeristische schijnprojecten, maar een stad waar de inwoners centraal moeten staan.
Een stad waar de bestuurders zelf het goede voorbeeld geven. Met een college van schepenen en burgemeesters die begrijpen wat het is om met een normaal inkomen rond te komen. Dat is nu vaak anders. Kijk naar bestuurders die riante uittredingsvergoedingen opnamen toen ze stopten in het parlement. Als je ineens 370.196 euro of 136.398 euro extra op je bankrekening hebt staan, dan begrijp je niet dat een restafvalzak van 1,80 euro voor 60 liter een dure affaire kan zijn. Voor zulke bedragen moeten gewone werknemers enkele jaren hard werken.
Een stad is een plaats waar mensen samen wonen, samen leven, samen werken, zich samen ontspannen. Het woord gemeente komt niet toevallig van ‘gemeenschappelijkheid’. In het Frans is een gemeente ‘une commune’ en niet ‘un supermarché’. Een stadsbestuur moet zorgen dat alle stadsbewoners goed kunnen wonen, goed kunnen leven, zich goed kunnen verplaatsen en goed kunnen ontspannen. De noden van de stadsbewoners moeten centraal staan. Dáár moet een stadsbestuur voor zorgen. Alle Vilvoordenaren hebben recht op de stad. Niet alleen die met een dikke portefeuille, maar iedereen. En daarvoor heb je een totaal andere visie nodig: een publieke visie.
We moeten het niet onder stoelen of banken steken: er zijn twee visies op de stad die lijnrecht tegenover elkaar staan. Een commerciële visie die vertrekt van beton en privé. En een publieke visie die vertrekt van de mensen en van een rechtvaardige fiscaliteit. Dát is de echte inzet van de verkiezingen. Wat is de beste stadsvisie voor de eenentwintigste eeuw: een stad op centenmaat of een stad op mensenmaat?
Wij kiezen alvast partij. Partij voor een stad op mensenmaat.